De Olympische Spelen starten bijna! Welke race loop jij?
Geloof het of niet, de Olympische Spelen van precies een eeuw geleden werden, net als dit jaar, in Frankrijk gehouden. De hoogtepunten van 2024 moeten nog beleefd en geschreven worden, maar in 1924 schreven twee atleten ook geschiedenis. De Britse lopers Harold Abrahams en Eric Liddell wonnen bij het hardlopen respectievelijk de 100 meter en de 400 meter. Bijzonder was dat beide prestaties heel veel te maken hebben met hun identiteit.
De wedstrijd na topsport: ook een gelopen race?
Dat is bij topsporters sowieso vaak het geval. Topsport vormt de identiteit van sporters diepgaand. Stel je eens voor wat het met je doet als je zelfbeeld en eigenwaarde bijna 1-op-1 worden gekoppeld aan je prestaties. Tel daarbij op de verleiding van erkenning, de druk van de publieke perceptie en de eindeloze discipline en offers die nodig zijn voor succes - en je snapt meteen dat topsporters bijna ‘gemaakt’ worden door hun sport. Geen wonder dat sporters na hun carrière vaak veel moeite hebben met het herdefiniëren van hun ik, simpelweg omdat hun zelfbeeld zo nauw en diepgaand verweven was met hun sport. Vaak storten ze in, voordat ze - hopelijk - tot zichzelf kunnen komen.
Van hardlopen en met je hart lopen
Abrahams en Lidell waren zo verschillend als je maar kan zijn. De joodse Abrahams rent om zeer persoonlijke redenen, waaronder het overwinnen van antisemitisme en het verwerven van een plek in een samenleving die hem vaak discrimineert. Zijn identiteit is sterk verbonden met zijn succes op de baan, voor hem is winnen een manier om erkenning en respect te krijgen. Lidell zit anders in de race. Als toegewijd christen, ziet hij zijn hardlopen als een manier om God te eren. Hij koppelt zijn identiteit aan geloof en zijn prestaties op het veld zijn voor hem geen statussymbolen, een uitdrukking van zijn aanbidding. Geen wonder dat één van zijn beroemdste uitspraken "When I run, I feel His pleasure (Als ik ren, voel ik Zijn plezier in mij)" is.
Eerst rusten, dan racen?
Ook al zag Lidell zijn rennen als iets tot Gods eer, toch koos hij ervoor om op zondag God op een andere manier te eren: door rust te houden. Zelfs tijdens de Olympische Spelen. Daarom deed hij niet mee aan de 100 meter-race (zijn favoriete afstand), omdat deze op zondag werd gelopen. In plaats daarvan rende hij een dag later de 400 meter: en won! Abrahams, op zijn beurt, won wél de 100 meter van die zondag - en, met zijn medaille, won hij ook het aanzien waar hij zo naar verlangde. Zo zie je, beide atleten gebruikten hun sportieve prestaties als uiting van hun persoonlijkheid en persoonlijke motivatie, wat de betekenis van hun overwinningen een diepere laag geeft.
Struikelend naar de finish
En? Hoe zit jij in de race van het leven? Hoe is jouw identiteit verbonden aan wat je wel of niet presteert? Misschien zijn jij en ik geen atleten op het sportveld, maar gedragen we ons wel zo als het gaat om ons werk, onze studie, onze plek in de gemeenschap of noem maar op. Ben je ook altijd aan het hardlopen zodat je elke race (doel, kpi, deadline of iets anders) grandioos finisht? Of heb je juist het gevoel dat je maar achter iedereen aan struikelt? Of iets daar tussenin?
Niet opgeven
Een wijs man - ene Paulus in de Bijbel - heeft eens gezegd: “Wij moeten de wedstrijd voltooien die voor ons ligt, zonder op te geven. Daarbij moeten wij blijven kijken naar Jezus, die ons de weg wijst. Hij is het doel van ons geloof.” Daar zou Lidell wel wat mee hebben gekund. En miljoenen met hem. Vele gelovigen vinden namelijk troost in de gedachte dat Jezus Christus als het ware voor ons uit loopt om de race namens ons te winnen. Het betekent dat wij niet altijd blindelings vol gas hoeven te gaan, dat we ons eigen tempo mogen bepalen, hier en daar rust kunnen nemen en zelfs kunnen struikelen en strompelen.
Jouw kans om te shinen
Geen idee hoe jij het leven ervaart… Misschien wel als een wedloop die je móet winnen. Of een race die je niet kán winnen. Hoe het ook zij: beide hardlopers - Lidell én Abrahams - kunnen ons tot voorbeeld zijn. Beide wisten precies wanneer het hun kans was om te shinen. De ene had vertrouwen in zijn eigen capaciteit, maar liep wel het risico daar in op te branden. De ander had wat meer vertrouwen in God en wist dat zijn kans kwam. Hopelijk lukt het jou ook om in vertrouwen jouw levensloop te lopen. Maar mocht je moe worden, moeite hebben om de finish te zien of tempo te houden... ...onthoud dan: er is iemand die de race voor jou heeft gelopen. En hij helpt jou onderweg en geeft je jouw kans om te shinen.